Stuiting

Een verjaringstermijn kan gestuit worden. Stuiten betekent een halt toeroepen. Stuiting kan op twee manieren: 1) door een zogenaamde daad van rechtsvervolging of 2) door een schriftelijke mededeling:

1. Een daad van rechtsvervolging is bijvoorbeeld het instellen van een schadevergoedingsvordering in een dagvaarding. Voor de huidige eisers in de zaak tegen de Staat is de verjaring dus gestuit met het instellen van het hoger beroep eind april 2017.

2. Stuiting door een schriftelijke mededeling gebeurt bij voorkeur door het versturen van een aangetekende brief naar de veroorzaker van de schade (in de Q-koortszaak bijvoorbeeld de Staat of de geitenhouders) of naar diens aansprakelijkheidsverzekeraar. In die brief moet het slachtoffer nadrukkelijk vermelden dat hij wil stuiten en zich het recht op schadevergoeding voorbehoudt (óók het recht op smartengeld en wettelijke rente), zodat er voor de dader geen misverstand over bestaat dat hij nog steeds voor schadevergoeding kan worden aangesproken. Zorg dat er bewijs is van de stuiting (dus het liefst een aangetekende brief) en zorg dat u een ontvangstbevestiging krijgt.

Voor ongeveer 150 slachtoffers die niet meedoen als eiser in de zaak tegen de Staat, is door de voormalige advocaat op 11 januari 2020 de verjaring gestuit door een brief aan het Ministerie. De ontvangst daarvan is bevestigd.

Na de stuiting begint de termijn van vijf jaar opnieuw te lopen. U moet dus blijven opletten dat u die volgende termijn van vijf jaar ook weer op tijd stuit.